Na de plechtige opening van de veertigdagentijd op Aswoensdag, vieren we nu de eerste zondag van de vasten. Er is best belangstelling voor het fenomeen ‘vasten’. Voordelen van versobering zijn er genoeg, persoonlijk en collectief. Maar wat is eigenlijk specifiek voor het christelijke vasten?
St. Petrus schrijft in zijn brief over de dagen van Noach, toen de mensen weerspannig waren, d.w.z. niet deden wat God verlangde. Alleen Noach en zijn gezin werden gered. Maar God is lankmoedig, zo stelt Petrus. Hij had geduld met de mensen, ook de weerspannigen. Toen Christus gestorven was, ging Hij heen naar wat genoemd wordt ‘de kerker’, de onderwereld. Hij verkondigde daar de Blijde Boodschap aan hen die vóór Hem geleefd hadden en die verlossing nodig hadden. Christus opende voor hen de deur van de hemel.
Als wij het verhaal van Noach horen denken wij misschien aan de tsunami’s nadien, waardoor velen gestorven zijn. Hoe konden die nog plaatsvinden na de belofte van God aan Noach dat nooit meer alle levende wezens bedolven zouden worden door het water? We kunnen zeggen dat er inderdaad geen vloed meer is geweest die héél de aarde bedolven heeft, maar dat is een weinig bevredigend antwoord. Ons geloof in God die voor de mensen zorgt is meer gebaat bij de overtuiging dat God inderdaad voor eenieder zorgt, ook ná de dood. Hoe erg het ook is wat mensen op aarde kunnen meemaken, God is getrouw. Hij zorgt ervoor dat het goede beloond wordt en het kwade gestraft. We zouden liever hebben dat dat hier op aarde direct zichtbaar werd, maar onze waarneming schiet te kort. We zien niet alles. We laten het over aan God, die barmhartig is en rechtvaardig.
De Kerk leert ons dat Christus de enige Verlosser is. Zonder Hem wordt geen mens gered. Voor hen die zonder schuld Christus niet hebben leren kennen, mogen we toch hopen op Gods barmhartigheid, op grond van de verdiensten van de vrienden van Christus. Dat noemen we ‘gemeenschap der heiligen’. Zo komen we op een aspect van de veertigdagentijd dat specifiek christelijk is: dat we vasten zoals Christus, uit liefde. Dat we het doen voor God en niet om er zelf voordeel uit te halen. En de liefde tot God maakt dat we bereid zijn om ook boete te doen voor anderen, zowel mensen die leven als mensen die gestorven zijn. Zo ging Christus de woestijn in, veertig dagen. En zo willen wij Hem navolgen, veertig dagen, bijdragend aan de eer voor God en het heil van anderen. Uit liefde. Amen.
Voorbede
Voor de Kerk, dat zij door het water van het Doopsel redding mag brengen aan velen en ook zelf gereinigd wordt. Laat ons bidden.
Voor de wereld, dat de weerspannigen tot inkeer komen en zich met Gods dienaars inzetten voor gerechtigheid en vrede. Laat ons bidden.
Voor de niet-katholieke christenen, dat allen in deze veertigdagentijd mogen groeien in liefde tot God en de naaste. Laat ons bidden.
Voor hen die geroepen worden tot het huwelijk, dat zij zoals Noach mogen meewerken aan het verbond van God met de mensen. Laat ons bidden
Om zegen over alle activiteiten voor de veertigdagentijd in onze parochie, dat ze Rijk Gods zichtbaar maken in ons midden. Laat ons bidden.
Voor de intenties van onze gemeenschap voor de dopelingen en onze dierbare overledenen, dat zij door de vrienden van Christus mogen delen in de eeuwige verlossing. Laat ons bidden.