Soms zeggen mensen mij dat ze écht niet weten wat ze zouden moeten biechten. Ook mensen die ’s avonds nog hun oefening van berouw bidden. Voor de jongeren onder ons: dat is een gebed waarin je God spijt betuigt over wat je verkeerd hebt gedaan. Een goede modernisering van de biecht zou zijn dat je tijd maakt voor een persoonlijk gewetensonderzoek. Want het hoort bij onze tijd om niet zomaar iets te doen – omdat een ander dat zegt (de juf of de pastoor)- maar om het dóór je heen te laten gaan; iets erbij te beleven. Voor mensen die hun geweten willen toetsen, zijn er 7 ijkpunten. We noemen het ‘de 7 hoofdzonden’. Het klinkt zwaar, maar we hebben er allemaal mee te maken. Hoogmoed, hebzucht, wellust, jaloezie, gulzigheid, luiheid en woede. Die laten sporen in ons achter, ook als we ze overwonnen hebben. De biecht is in dat opzicht een medicijn. Het herstelt ons en geeft tegelijk geestelijke antistoffen. Je wordt er niet meteen een beter mens van maar wel een ánder mens: een vrije mens.
Pastoor Schilder
Preek van de Week
‘Hijzelf ontsteekt in ons de vreugde en de kracht om toe te leven naar de