Als ik zou zeggen dat de moordenaar van drie mensen in Rotterdam eerder het Rijk Gods binnengaat dan u die in de kerk komt, zou u verontwaardigd zijn.
U zou denken dat ik niet goed bij mijn hoofd ben.
Zo’n gevoel zullen de mensen ook gehad hebben toen Jezus zei: ‘De tollenaars en ontuchtige vrouwen gaan eerder dan gij het Rijk Gods binnen.’ Datgene wat we afkeuren, veroordelen, niet begrijpen, dat kan toch nooit door God beloond worden? Dat is toch de wereld op zijn kop?
De Schriftgeleerden en de Farizeeën deden zo hun best om de wet van Mozes te onderhouden. Hoe kon Jezus zo streng voor hen zijn?
En toch… Wat ze niet zagen en wat Jezus wel zag – en ziet – is of er in iemands hart liefde tot God is. Als mensen zich bekeren, als ze geloven dat er een beter leven mogelijk is dan een leven voor geld en vluchtige liefde, dan ontstaat er een nieuw begin. En met de hulp van de Johannes de Doper máákten de tollenaars en ontuchtige vrouwen een nieuw begin. Maar dat zagen de Schriftgeleerden en Farizeeën niet. En de reden waarom ze het niet zagen is omdat ze geen liefde tot God hadden. Of te weinig.
Als we teruggaan naar de moordenaar uit Rotterdam, is het natuurlijk afschuwelijk wat hij gedaan heeft. Maar als hij tot inkeer komt, als hij beseft wat hij gedaan heeft en bereid is de lange weg van herstel te gaan en boete te doen, dan is er voor hem ook een nieuw begin mogelijk.
Een menselijke reactie is het om, als we verkeerde dingen doen, te denken: nu is het toch al te laat, nu kan ik net zo goed doorgaan, nu heeft het geen zin meer om terug te gaan. Een christelijke reactie is het om te geloven dat er geen scheur zo diep is of God kan Hem herstellen.
De twee zonen uit het evangelie leren ons dat het er uiteindelijk om gaat om Gods wil te doen, ook al was onze primaire reactie afwijzend. God kijkt niet naar onze woorden maar naar onze daden. ‘Nee’ zeggen en ‘ja’ doen is beter dan ‘ja’ zeggen en ‘nee’ doen. En ook als we ‘nee’ gedaan hebben blijft God op ons wachten, totdat we erkennen dat we beter af zijn met het doen van het goede. Zoals ouders blij zijn als hun kinderen het goede doen, zo is God blij als wij het goede doen. Hij kan het best zonder ons, maar Hij wil het graag mét ons doen. De wereld openen voor het Rijk van God, in onszelf. En zo naar mensen om ons heen. Heer, geef ons meer geloof, opdat wij tot inkeer komen. Geef ons inkeer, opdat ons geloof sterker wordt. Amen.
Voorbeden
Voor de herders van de Kerk, dat zij mannen mogen zijn van inkeer en geloof, die – zoals Johannes de Doper – anderen inspireren tot het goede. Laat ons bidden.
Voor de politieke leiders, dat zij geloven in de gerechtigheid en haar mogen beoefenen, ondanks tegenstand en bedreiging. Laat ons bidden.
Voor de christenen die de liefde tot God dreigen te verliezen en hun eigen koninkrijk opbouwen, dat zij tot inkeer mogen komen. Laat ons bidden.
Voor de vormelingen in de parochie, dat zij door de H. Geest alle obstakels kunnen overwinnen om goede leerlingen van Christus te zijn. Laat ons bidden.
Om zegen over de Rozenkransmaand oktober, dat wij mogen ervaren hoe Maria ons helpt om het kwade te overwinnen en te groeien in liefde tot God. Laat ons bidden.
Voor de intenties van onze gemeenschap, voor de dopelingen en voor onze dierbare overledenen, dat zij het Rijk Gods mogen binnengaan. Laat ons bidden.